Individualisme en naastenliefde
We leven in een zeer individualistische tijd: je moet je eigen leven leven, je eigen voorkeuren najagen, je eigen persoonlijke keuzes maken, het lijkt erg op ‘ieder voor zich en God voor ons allen!’ Dat eerste is wel juist, maar dat laatste zeker niet. God heeft ons aan elkaar gegeven, als gezinsleden, als buren, als collega’s, als dorpsgenoten. Het Grote Gebod om God lief te hebben en vervolgens je naaste, is voor onze samenleving onmisbaar. Als de Heer God niet meer geliefd is, putten we onze menselijke liefde voor elkaar uit. Op een bepaald moment trek je het dan niet meer. Waar haal je kracht vandaan, waar vind je hulp, geduld, maar vooral liefde om met anderen goed om te gaan? Als je dat wilt, vanzelf. Je kunt de boel, de boel laten! Maar je mag ook alsnog God aanroepen. Hij zal ons nooit afwijzen. Onze koppigheid en eigenwijsheid om het zelf te willen doen, hielden God op een afstand. Je mag altijd als een verloren zoon of dochter tot Jezus Christus bidden, je eigen onvermogen en zonden toegeven. Hij hoort je, Hij luistert en reageert. Je zult het zien!